zaterdag 4 december 2021

FREDDY BRECK

Op de bestelwagen van Jaak, de melkboer hangt een affiche, dus moet het wel waar zijn: Freddy Breck komt optreden! Mijn moeder heeft al zijn platen en elke zondagvoormiddag mag hij van haar zijn keel luchten in de huiskamer terwijl ze rond de tafel zwierend het stof wegneemt.

Uit protest trekt mijn vader naar de kroeg.
Jaak verzekert ons dat het geen grap is: de Duitse schlagerzanger komt binnen drie weken op zondagavond naar Zaal Riva. Dat is goed gezien zegt de melkboer, want met paasmaandag moet er niemand werken.
’s Avonds brengt moeder het voorzichtig ter sprake. Als dat geen verrassing is!
Vader tovert drie kaartjes uit zijn binnenzak.
We zitten helemaal vooraan in de parochiezaal. Is het van de hitte of van de opwinding dat moeders gezicht rood kleurt?
Trompetgeschal weerklinkt waarna een leger violen over ons neerdaalt maar er zijn nergens muzikanten te zien.
'Ze moeten achter het gordijn blijven zitten,' zegt vader die een bleek grijsblauw kostuum draagt, 'omdat Freddy Breck bang is dat de mensen anders te veel naar de groep zouden kijken'. Daarna krimpt hij ineen en maakt een afwerend gebaar naar moeder die hem zonet een stomp gaf.
Onder een luid applaus zweeft Freddy walsend over het podium en zingt 'Rote Rosen' terwijl hij met die magische glimlach de helft van de zaal inneemt. Het is alsof hij licht geeft, hij straalt, net als op de hoezen van zijn platen.
Ik voel een vreemd gedreun in mijn slapen. Kleuren vervagen, geluid wordt doffer en het bonzen in mijn hoofd heviger, tot er enkel nog een langgerekte, misselijk makende dreun overblijft die maar niet ophoudt. Ik krijg het koud en hevige krampen doen mijn maag samentrekken. Plots geef ik over. Als ik opzij kijk zie ik de schok in moeders ogen.
'Je kon toch naar buiten lopen', sist ze, terwijl ze me met een zakdoek schoonveegt. Haar gezicht heeft nu een paarse tint gekregen. Er trekt een zurige geur door de eerste rijen. Terwijl het geluid langzaam terugkeert en alles weer kleur krijgt, zie ik enkele buurvrouwen een zakdoek uit hun handtas halen om voor hun neus te houden.
Moeder doet alsof ze het niet ziet, terwijl vader zuchtend overeind komt, een Groene Michel opsteekt en aanstalten maakt om me naar huis te brengen.
Ik begrijp er niets van. Later ontdek ik dat het die basgeluiden zijn waar ik niet tegen kan.
Dat moeten mijn ouders nog twee keer tot hun schande ondervinden: een tweede keer bij Freddy Breck - die deze keer glimlachend knipoogt - en gelukkig voor hem, ook een keer bij Joe Harris.
Daarna mag ik thuisblijven.

Geen opmerkingen: