woensdag 20 mei 2020

TEGENSTRIJDIGHEDEN IN TIJDEN VAN CORONA

Het overkomt me steeds vaker als ik de krant open sla of naar tv kijk, dat iemand met kennis van zaken dan net het omgekeerde beweert van wat ik enkele dagen eerder heb gehoord, van een andere autoriteit binnen zijn of haar vakgebied, een wetenschapper, immunoloog, viroloog; onze deskundigen, ze zijn met velen.
Zo las ik vorige week in de Knack in een artikel van Dirk Draulans dat de ernst van het ziektebeeld mee bepaald wordt door de hoeveelheid virus waarmee je besmet wordt. Een lage virusdosis die zich in je longen nestelt, kan zo zelfs een goede zaak zijn omdat je hierdoor de kans krijgt om immuniteit op te bouwen. Maar als je in de vuurlijn van een niesbui stond en er een overmacht aan virus binnen is gedrongen, bestaat de kans dat je afweersysteem het niet aankan.
Professor microbiologie Herman Goossens van het UZ in Antwerpen trekt dit in De Standaard van afgelopen dinsdag in twijfel, en zegt dat dit zeker geldt voor het klassieke griepvirus maar er in het geval van Sars-CoV-2 nog geen bewijs voor is, dat het ziekteverloop uniek en ongezien is en dat ze nog steeds geen idee hebben of het iets uitmaakt hoe en in welke mate de besmetting plaats vindt.
Anne-Mieke Vandamme, viroloog aan de KU Leuven zegt in de Morgen van 2 april dat er temperaturen van meer dan 60 graden nodig zijn vooraleer het virus zou verdwijnen. Bij twintig of dertig graden is er weinig verschil. Viroloog Marc Van Ranst zegt enkele dagen later bij Radio 1 dat coronavirussen zich in de zomermaanden schuilhouden en dat hij hoopt dat dit bij dit coronavirus ook gebeurt. Bij NRC Handelsblad lees ik vandaag dat het virus verdwijnt bij een temperatuur boven de 38 graden en een luchtvochtigheid van 95 %.
Ook rond immuniteit na de ziekte is er heel wat verwarring. Microbioloog Frans Stals van Zuyderland Ziekenhuis zegt in 1Limburg op 19 maart dat je, eens genezen van een besmetting, 99 tot 100 procent beschermd bent tegen Sars-CoV-2. De wetenschapsexpert voor de VRT, Koen Wauters, beweert op zijn beurt op 24 maart op de nieuwswebsite 'Redactie 24.' dat iemand die geneest van het coronavirus, immuun is, en dat voor tenminste een jaar en misschien wel meerdere jaren. Maar gisteren vermoedde professor Goossens op VRT NWS dat immuniteit maximaal een jaar duurt, en je maar beter kan uitgaan van enkele maanden.
Ook rond het gebruik van mondmaskers is er geen duidelijkheid. Volgens viroloog Steven Van Gucht zijn ze enkel zinvol voor mensen die reeds besmet zijn met het virus. Zo beschermen ze hun omgeving tegen zichzelf. Ook Marc Van Ranst deelt deze mening, hoewel hij ook meent dat het dragen van een mondmasker wel zin kan hebben 'op plaatsen waar mensen elkaar zien en tegenkomen'. Erika Vlieghe, infectiologe aan het UZ Antwerpen zegt dan weer rechtuit dat ze de mensen niet kunnen adviseren om maskers te dragen, aangezien er onvoldoende voorraad is.
Adam Vojtech, de Tsjechische minister van Volksgezondheid, beveelt iedereen aan om gezichtsmaskers te dragen, ook al zijn het zelfgemaakte. Ook in Spanje, Duitsland, Oostenrijk en Amerika gaan er steeds meer stemmen op om algemeen mondmaskers in te zetten. Het WHO, dat tot nog toe volhield dat de mondmaskers enkel zinvol waren voor wie besmet was en het medisch personeel, onderzoekt momenteel of ze buiten het ziekenhuis ingezet moeten worden om de verspreiding van het virus tegen te gaan.
Ondertussen wijzen dokters en verplegers er steeds wanhopiger op dat de maatregelen amper voldoende zijn om dit monster te verslaan, en dat iedereen in zijn kot moet blijven.
Kortom, iedereen roept door elkaar maar eigenlijk lijkt het erop dat niemand er het fijne van weet.
Het coronavirus verdeelt en heerst.

(17/04)

Geen opmerkingen: