zondag 31 maart 2019

WIEBELEN

Een oudere dame schoof met korte, mechanische stapjes langs het uitstalraam. Ze hield halt aan de tafel waarop recente kunstboeken de toeschouwer subtiel probeerden te lokken, geduldig als vleesetende bloemen.
Ik was een nieuwe lading boeken aan het uitpakken, toen ze met haar rijzige gestalte mijn aandacht trok.
Ze keek op en staarde op haar beurt naar mij. Daarna liet ze haar blik weer zakken. Het drong tot me door dat de felle namiddagzon die het raam zijdelings bescheen, verhinderde dat ze me zag.
Ze kwam waarschijnlijk net van de kapper.
In haar donkerbruine, gestroomlijnde haar zat een lichte welving die aan de vrouwelijke filmsterren uit de jaren vijftig herinnerde. Het leverde een gedurfd contrast op met de moderne bril die ze ophad. Hier was een designer aan het werk geweest.
Haar gerimpelde gezicht had een glanzende, bruine tint - overduidelijk niet van de Belgische zon afkomstig. Ze droeg een lange mantel die met bont was afgezet, en aan de ene arm hing een kleine, zwarte handtas.
Toen gebeurde er iets vreemds. Ze opende haar mond, en het onderste gedeelte van haar gebit schoof vooruit. Een ovale rij witte, perfect regelmatige tanden kwam tevoorschijn. Eerst dacht ik nog dat het een slip of the tongue was, maar de prothese bleef uitdagend liggen op haar onderlip.
Ondertussen keek ze rustig naar de boeken. Plotseling begon haar onderkin te wiebelen. Verder vertrok er geen spier in dat gezicht. Toen het schommelen weer stilviel, staken de tanden nog steeds vooruit. Tenslotte werden ze weer ingehaald, en verdwenen in de duisternis.
Ze maakte nog een kauwende beweging met haar mond, draaide zich om, en wandelde met kleine stapjes verder.

Geen opmerkingen: