zondag 9 februari 2014

GELUK

Het was een typische zaterdag. Halverwege de namiddag zag het voorste deel van de winkel zwart van het volk. Aan beide kassa’s schoven mensen aan, en ondertussen graaiden kooplustigen tussen de resten die voorgangers hadden laten liggen. Een onophoudelijk gescharrel in de hoop toch iets te vinden, iets waar men onbewust reeds lang naar zocht, een verdwaald hebbeding waar alle anderen overheen gekeken hadden.
Een kleinigheid van grote waarde voor geen geld.
Af en toe veerde iemand overeind, peinzend kijkend naar het voorwerp dat hij of zij vasthield - of dit misschien die unieke, onverwachte vondst kon zijn.

Aan kassa één was een kalende jongeman aan de beurt die een reusachtige bolvormige fles afrekende. Er zat een lichtgroene schijn in het onregelmatige glas waarin de jongen - die gefascineerd keek naar zijn aanwinst - samen met de andere omstaanders, grotesk vervormd weerspiegeld werd. De hem omringende klanten keken bewonderend naar de enorme fles en een man die ik hier geregeld zag en die vaak een aangeschoten indruk maakte, formuleerde een onbegrijpelijke maar hoogstwaarschijnlijk goedbedoelde grap. Een oudere dame wenste de jongen breed glimlachend succes met het ding.

Ik zag hoe hij het kasticket in de fles liet vallen die hij daarna liefdevol in zijn armen nam en ermee naar de deur liep. Mensen keken hem na. Ik wendde mijn blik af, en hoorde zo goed als ogenblikkelijk een gil en tegelijkertijd een ontzettende knal. Ik draaide me om en zag een verbijsterde jongeman die middenin een plas glas stond. Een handvol toeschouwers staarde aangedaan naar de plaats van de ramp.
Ashi slenterde dichterbij met borstel en blik.
Er is maar weinig dat hem van zijn stuk kan brengen.

Ik nam de borstel uit zijn handen en liep naar de jongen. Om het leed wat te verzachten zei ik: ‘Scherven brengen geluk’. De jongen haalde teleurgesteld de schouders op en begaf zich opnieuw naar de uitgang.
Ashi zette het blik dat voorzien was van een lange steel op de grond bij de hoop versplinterd glas. Ik schoof met behulp van de borstel een deel van het glas in het metalen veegblik dat ik bij de steel vasthield en bracht de inhoud naar een glasbak die in een hoek achter de winkeltoog stond.
Toen ik terug liep, zag ik als in slow motion hoe mijn Afghaanse medewerker het kasticket van tussen de resterende scherven viste, en er een korte blik op wiep.

'Scherven vandaag alleen geluk voor winkel brengen', zei hij terwijl ik zoals altijd vruchteloos zocht naar een spoor van ironie in dat gezicht.

Geen opmerkingen: