zondag 15 augustus 2010

REMEDIE TEGEN OUDER WORDEN

Als haar grote diepblauwe ogen
kleiner worden, grijzer, het ijskoude vuur geblust
en die ontroerende, kinderlijk aandoende bovenlip iets dunner
(in het bleke dons erboven een vaag waarneembare snor),
als haar zacht glooiende billen zich door vreemde plooien
geteisterd zien en hun spanningsboog verliezen,
als haar plagerig, wulps opverende borstjes
(die je vroeger altijd zo stout en vrijpostig aanstaarden,
en zich vol overgave in je handen boorden, smekend
om als deeg gekneed te worden, of nee, naar smaak
en believen uit klei gemodelleerd)
hun hoofdjes laten hangen

Als uit haar licht geopende mond niet langer
wellustig gefluister welt, maar een diepe zucht
en ze zich verwonderd afvraagt waarom, waarom
ze haar studies afbrak, die koters ter wereld bracht,
als ze meldt dat ze dit huis waarin ze woont spuugzat is,
als ze betreurt dat ze destijds haar werk heeft opgezegd,
als het haar daagt dat ze, behalve was en plas en zorgen
dat er om de zoveel tijd iets te bikkelen op tafel komt,
verder niet zoveel - eigenlijk niets - om handen heeft,
als ze eindelijk snapt wat jij al zolang weet,
dat haar leven helemaal niet zoveel voorstelt

Als ze bovendien niet langer om je grappen lacht
maar zich in plaats daarvan beklaagt,
over wat haar moeder zegt
over haar buurvrouw waarmee ze niet meer spreekt
over de grenzeloze onverschilligheid
en neerslachtigheid van haar waardeloze man

Kortom, als ze al die dingen doet
waaraan je thuis tracht te ontsnappen
is het hoog tijd om op te stappen

Je moet weer naar iets vrolijks toe

Geen opmerkingen: