dinsdag 17 maart 2009

Barst

Moelijk te achterhalen
hoelang een barst ontstaat,
verdelger van gestaag ontwaken,
van sprakeloos gestaar.

Tot de ochtend, tot de dag
waarop het bleekgezicht,
(de hete koffie - in slow motion -
onderweg naar de halfopen,
op hitte voorgeprogrammeerde mond)
in weerspiegelingen
oplost in het tafellaken,
en er niets anders overblijft
dan donkere, uitdeinende
kringen,

verbaasde ogen staren in de kop
(die nu geen kop meer is),
door een onwennige,
verdwaalde hand omsloten,
tijdens het bruusk verstoorde ochtengloren
ronddolend in niemandsland,
de mond bevroren in een
zuinig/nippende stand.

Moeilijk te achterhalen
wat de oorzaak is.

Iemand,
ooit stak iemands vinger
door dit oortje,
het lauwe porselein onwrikbaar tussen
duim en wijsvinger geklemd,
gevangen gezet
bij dag en dauw.

Iemand, lang geleden,
lang voordat de barst er kwam,
aan deze tafel.
Onbeweeglijk, rustig.

Zeker van zijn stuk.

Geen opmerkingen: