zondag 25 januari 2009

Rups


Het zou me niet verwonderen mocht ze diep in haar binnenste het vermoeden koesteren dat ze een soort rups is. Een rups met maar vier pootjes. Een vriend beweerde onlangs in volle ernst dat een teckel emotioneel intelligent zou zijn. Hij had er ooit zelf een paar gehad en het aan den lijve ondervonden. Sommigen zullen beweren dat het eigen aan de mens is; niet voor niets luidt de onder fokkers gekende variant van een aloud volksgezegde Eigen hond, Wonderhond. Van nature zijn sommige baasjes geneigd van hun hond een Einstein onder de viervoeters te maken. Dergelijke uitlatingen kunnen dus best met een korrel zout genomen kunnen worden, blind als de liefde is.
Het wordt anders als die vriend een druk bezette psychiater met een goed draaiende praktijk en een uitstekende reputatie is, en je in je diepste binnenste moet toegeven dat je die bedenking eerder ook al eens hebt gemaakt. Ik ben dus geneigd m'n vriend te geloven, hoewel ik slechts kan afgaan op het gedrag van één enkele teckel, die dan weer de eenoog in het land der blinden zou kunnen zijn - alles is al eerder eens gebeurd.

Het teefje moet ondertussen zo'n drie jaar zijn; toen we haar uit het asiel bevrijdden, werd ze een jaar oud geschat. Ze heeft zich het huis eigen gemaakt, niemand kan ons nog onopgemerkt benaderen. Bij het minste onraad blaft, gromt of huilt ze sopraangewijs ten hemel, jankt en piept ze als de remmen van een losgeslagen wagen. Met een redeloze hardnekkigheid wil ze ons beschermen tegen alle onheil, alsof haar leven er vanaf hangt, of anders haar positie in dit gedwongen huwelijk.
Maar voor de rest is het een stille, rustige hond. Iets te rustig eigenlijk, te ernstig bijna. Die steentjes verzamelt waar ze dan liefdevol op ligt te kauwen. Stokjes die ze als relikwieën meezeult. Met aangekochte speeltjes kun je haar niet plezieren; verontrust zoekt ze andere oorden op als je iets te nadrukkelijk in haar omgeving met een balletje goochelt, of plots een plastic eend tevoorschijn tovert.
Verdiend verkregen hondenkoekjes begraaft ze in de tuin, in afwachting van slechtere tijden.


Een altijd overdreven blij-je-te-zien hondje, dat veel liefde te verdelen heeft onder haar twee baasjes. Een kleine verleidster met een zacht, fluwelen blik. Soms lijkt ze moeilijk te kunnen beslissen wie ze wil verwennen met haar aanwezigheid. Dan loopt ze onrustig heen en weer, van de één naar de ander, jankend aan onwillige deuren.
Dat we niet gewoon samen aan tafel blijven zitten, daar snapt ze werkelijk niets van.
Aandoenlijk is haar verslagen blik, dat lusteloze lijfje in dat mandje, als we 's avonds de deur uitgaan. Dagen die de baasjes niet in de zithoek afsluiten, zijn verloren dagen.

Vreemd eigenlijk dat iemand op een dag besluit zo'n dier aan z'n lot over te laten. Een jonge, zindelijk gemaakte, welopgevoede rashond. Die pas als de baasjes hun maaltijd hebben afgerond, te eten krijgt, en nooit aan tafel bedelt. Geduldig wacht ze af, comfortabel op haar dekentje voor de houtkachel liggend, het kopje rustend op de pootjes, schijnbaar ongeïnteresseerd, als in een diepe slaap verkerend. Slechts een zeldzame keer kijkt ze op.
Als je goed oplet, kun je dan iets zien van die torenhoge verwachtingen die ze koestert. Hoe haar cocon op zekere dag uiteen zal vallen, en ze opnieuw geboren wordt. Dat er uit de rups geen vlinder tevoorschijn komt, maar iets dat van dan af mee aan tafel mag. In de dampende potten kan kijken en zijn portie zelf bepaalt. Om de maaltijd af te ronden nog eens bij kan nemen. Die zo heel plots en onverwachts kan beslissen om recht te staan en vanuit de zithoek naar de koelkast loopt, om zomaar iets tevoorschijn te halen - een koud geworden kippenbil bijvoorbeeld - om zonder verdere uitleg op te peuzelen. Maar nu moet ze nog eventjes geduld oefenen. Moet ze - als je wacht duurt alles zo ver-schrik-ke-lijk lang - wachten tot ze uiteindelijk! verpopt.

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Wat ontroerend, deze fabel.

Ik moet jullie ook gelijk geven: van alle honden die ik heb gekend is de teckel de meest menselijke, veel oogcontact en subtiel in zijn of haar doen en laten. Er gaat een wereld schuil achter die ogen, een wereld van denken en snappen en hopen en liefhebben.

wallican zei

prachtuch, voadre
tsietur inderdoad zukn keppe ut.
ik a geirne ne border kollie hèt, moa kai ier te winnuh plekke vo ne te loatn lopn en krossn.
noch vele skwoane joarn twoape !!