Tijdens de persconferentie leek de schaapachtig glimlachende Netanyahu bijna zelf niet te geloven wat hij hoorde. Alsof hij dacht dat Trump plots zou zeggen: ‘En nu serieus.’ Maar dat gebeurde niet. En toen hij zag dat niemand in de zaal van zijn stoel viel, besefte hij dat dit plan, hoe waanzinnig ook, misschien een kans had.
Trump heeft het opgelost. Gaza, dat verdomde lastige stukje land, is geen probleem meer. Gewoon ‘overnemen’ en de Palestijnen, nota bene voor hun eigen bestwil, ‘permanent ergens anders huisvesten’. Het ei van Columbus. Je kunt nu eenmaal geen omelet maken zonder eieren te breken.
Geen ingewikkelde onderhandelingen, geen verantwoordelijkheid nemen voor de catastrofe, geen probleem dat die mensen nergens anders heen kunnen. Die argeloze toon is misschien nog het meest verontrustend: geen grootspraak deze keer, geen luidruchtige dreigementen, maar gewoon een mededeling. Alsof hij zojuist de laatste hand heeft gelegd aan een zakelijke transactie, zijn handtekening zettend onder een project dat hem eigenlijk al niet meer interesseert. Die ijzingwekkende kalmte waarmee hij iets ondenkbaars tot realiteit bombardeert.
Ook nu weer protesteert de wereld, veroordelen internationale leiders dit voorstel als een schending van het internationaal recht. Maar uiteindelijk is dit slechts een nieuwe stap in het wrede plan van Trump en Netanyahu, de uitvoering van wat weken geleden al werd bekokstoofd. Netanyahu lacht omdat hij dacht dat het onmogelijk was. Omdat hij beseft dat wat Trump ‘gezond verstand’ noemt, de waanzin van morgen kan worden als je het maar vaak genoeg herhaalt. Omdat hij weet dat dit groteske plan door de laksheid, de besluiteloosheid, de onverschilligheid van de wereld, kans op slagen heeft.
Ondertussen keert Trump zich alweer af, op zoek naar de volgende microfoon, het volgende publiek, de volgende ondertekening. Maar wat hij hier heeft gepresteerd, is ongezien. Een kaakslag in het gezicht van miljoenen mensen. Een demonstratie van hoe eenvoudig je een volk tot voetnoot kan herleiden. Dat we alles kunnen verwachten. Dat het voor deze man niet steekt op een humanitaire ramp min of meer.
We kijken er niet eens meer van op dat niemand hem van het podium heeft gejaagd. Dat dit überhaupt hardop werd gezegd.
De wereld staat oog in oog met een nieuw soort monster.
Er staan ons slapeloze jaren te wachten.